Vermeulen

Depressie

Ben jij ook depressief? Een dipje is natuurlijk geen depressie. Een depressie duurt veel langer en heeft twee belangrijke kenmerken: je voelt je somber en leeg en bovendien heb je nergens meer plezier in.

Vaak gaat een depressie ook samen met gevoelens van minderwaardigheid, slaapproblemen, eetproblemen, gebrek aan energie, concentratieproblemen, traagheid of juist onrust en terugkerende gedachten aan de dood of zelfmoord.

Als je langere tijd, het grootste deel van de dag last hebt van somberheid, gebrek aan plezier of allebei en andere klachten uit het lijstje hierboven, dan zou je wel eens een depressie kunnen hebben.

Herken je deze problemen?

Ieder jaar heeft één op de 20 mannen en één op de 13 vrouwen last van een depressie. Depressies komen waarschijnlijk vaker voor dan je denkt.

Depressies verschillen in ernst: met een lichte depressie kun je vaak gewoon doorgaan met de meeste dagelijkse dingen, bij een ernstige depressie gaat dat gewoon niet.

Soms zijn depressies eenmalig, maar meestal komen ze terug.

Voor meer informatie: zie website van de Vereniging voor Cognitieve en Gedragstherapie (VGCt):

Paniek

Ben jij ook bang in een besloten ruimte of durf je de straat niet op?

Als je het eng vindt om in je eentje ergens buitenshuis te moeten zijn, of in een ruimte waar je niet zo makkelijk uitkomt, zoals een bioscoop, kun je zo bang worden dat je een paniekaanval krijgt. Je gaat dan trillen, beven, zweten of je krijgt hartkloppingen.

Paniekaanvallen kunnen ook ontstaan als je veel stress hebt. Soms is het zo erg dat je denkt dat je doodgaat. En je kunt heel bang worden voor dit soort paniekaanvallen. Dan heb je misschien een paniekstoornis.

Herken je deze problemen?

Ieder jaar heeft 1 op de 100 mannen en 1 op de 65 vrouwen last van paniekaanvallen. Angststoornissen – de paniekstoornis is er daar een van – staan erom bekend dat ze een hele grote ziektelast veroorzaken.

Van alle klachten en aandoeningen, zorgen angststoornissen, na hartziekten en beroertes, voor de grootste ziektelast. Veel mensen met angststoornissen kunnen als gevolg van hun klachten geen volwaardig leven meer leiden, zoals werken en leuke dingen met familie en vrienden doen en voor hun gezin zorgen. Dit kan zorgen voor eenzaamheid en gevoelens van somberheid.

Voor meer informatie: zie website en onderstaande video's van de Vereniging voor Cognitieve en Gedragstherapie (VGCt):

Angst, dwang, fobie, piekeren

Iedereen is wel eens gespannen of ergens bang voor. Dat is normaal. Angst is ook nuttig, omdat het ons waarschuwt

voor gevaarlijke situaties.

Maar soms is de angst te hoog ten opzichte van het gevaar. En als de angst zo heftig is en zo vaak voorkomt dat u er last van krijgt in uw dagelijkse leven, spreken we van een stoornis. U kunt

bijvoorbeeld op uw werk niet meer goed functioneren, of uw angst belemmert u bij uw relatie en sociale contacten.

Er zijn verschillende vormen van angsten die voor kunnen komen. Wanneer u een specifieke fobie heeft, bent u heel erg bang voor één specifieke situatie en heeft u er veel last van in uw dagelijkse leven.

Wanneer u veel sociale angsten heeft, bent u angstig of heel gespannen
in diverse sociale situaties. Situaties waarin u met anderen te maken krijgt, zoals pauzes op het werk, vergaderingen, verjaardagen, feestjes, in gesprek (kunnen) raken of met iemand uitgaan,
het geven van een voordracht, het spreken in het openbaar, in het middelpunt van de belangstelling staan, roepen allemaal veel angst en spanning op en zult u die het liefst uit de weg gaan.
U bent bang voor de kritische beoordeling door anderen of u vreest dat u zich op een beschamende wijze zal gedragen. Sommige mensen zijn bang dat ze in sociale situaties gaan trillen, blozen of zweten en schamen zich daarvoor. Om die reden vermijden ze sociale situaties.

Voor meer informatie: zie website van de Vereniging voor Cognitieve en Gedragstherapie (VGCt):

Piekeren

Bij een gegeneraliseerde angststoornis, ofwel piekerstoornis,is er sprake van veel en vaak piekeren over allerlei
dagelijkse onderwerpen. U piekert bijvoorbeeld: ‘als mijn partner maar geen ongeluk krijgt’, ‘wat als ik de bus
morgen mis naar een belangrijke afspraak?’, ‘hoe moet ik dat meningsverschil met mijn vriendin nou aanpakken?’ of ‘als ik maar niet ziek word met dat feest’. Altijd maar piekeren
Vaak gaat u ook weer piekeren over het piekeren ‘als ik niet stop met piekeren, slaap ik weer slecht’ of ‘waarom ben ik toch steeds aan het piekeren?’. U heeft waarschijnlijk vaak de neiging om het piekeren te onderdrukken, maar dat vermijden werkt averechts. Door al het gepieker wordt u bang, bent u steeds gespannen en slaapt u vaak
slecht.

Een dwangstoornis bestaat uit twee componenten:
a steeds terugkerende gedachten waar men angstig van wordt (obsessies), en
b terugkerende handelingen die bedoeld zijn om deze angst weer te doen verdwijnen (dwanghandelingen of
compulsies).
U denkt bijvoorbeeld steeds: ‘ik word misschien besmet met een virus’ (obsessie), en u wast vervolgens uw han-

den vaak en langdurig (compulsie). Een ander voorbeeld is dat u denkt ‘heb ik het gas wel uitgedraaid? Straks komt er brand door mijn schuld’ (obsessie) en u steeds gaat controleren of het gas wel of niet is uitgedraaid (compulsie). Vaak ook vraagt u dwangmatig geruststelling
aan mensen in uw omgeving, bijvoorbeeld door aan uw partner te vragen ‘wil jij even kijken of het gas uit
is? Is het echt uit? Echt?’ (obsessie), waarop uw partner zegt ‘Ja hoor, het gas is echt uit’ (compulsie). Meestal
bent u veel tijd kwijt aan het uitvoeren van de dwanghandelingen.

Meer informatie kunt u vinden op de website en onderstaande video's van de VGCt: